De IJssel: smalle rivier, grote betekenis voor water, natuur en mensen
Hoogwatergeul Reevediep: verbinding tussen de IJssel en het Drontermeer om bij hoogwater op de IJssel de stad Kampen te beschermen tegen wateroverlast - foto: Freddy Schinkel
Blik op de IJssel
De IJssel is geliefd om haar afwisselende landschappen en historische Hanzesteden. Tegelijk vervult de rivier een cruciale rol: ze voert water naar het IJsselmeer, is belangrijk voor de scheepvaart en biedt ruimte aan natuur en recreatie. Maar er ligt ook werk te doen: meer water afvoeren bij hoogwater, genoeg aanvoer in droge tijden en ruimte voor de toekomst.

De IJssel in beeld
De IJssel stroomt vanaf Arnhem af naar het noorden en mondt via het Ketelmeer uit in het IJsselmeer. Het is een lange, smalle, kronkelende rivier in een breed rivierdal. In het afwisselende IJssellandschap vind je oeverwallen, rivierduinen en kronkelwaarden. In de uiterwaarden vind je afwisseling in natuur en landbouw en het binnen- en buitendijkse gebied is sterk verwerven.
Vier delen
Er zijn vier karakteristieke delen; de Boven IJssel, de Midden IJssel, de Sallandse IJssel en de IJsseldelta. Vooral in het zuidelijke deel ligt de rivier ingesneden en zijn er oeverwallen en kommen gevormd. De IJssel is vrij-afstromend en scheepvaart is mogelijk, maar als de Rijn weinig water afvoert wordt de scheepvaart bemoeilijkt door geringe vaardiepte.

De IJssel in cijfers
127 kilometer lang
70 tot 140 meter breed
bij normale waterstand circa 3.20 diep
voert ongeveer 11 procent van het Rijnwater af naar het IJsselmeer
heeft 25 duizend hectare aan uiterwaarden met natuur, landbouw en waterberging
Kracht en betekenis van de IJssel
Belangrijk voor waterberging
De IJssel kronkelt door een aanvankelijk gesloten maar stroomafwaarts steeds opener landschap, met brede uiterwaarden. Deze uiterwaarden en andere natuurgebieden langs de IJssel, spelen een belangrijke rol in het omgaan met de gevolgen van klimaatverandering. Bij hoogwater in de hoofdgeul (grotendeels veroorzaakt door neerslag in Duitsland) kunnen de uiterwaarden volstromen.

Rijke riviernatuur
Door natuurlijke uitslijting en zandafzetting verandert de IJssel steeds en het IJssellandschap verandert mee. Je vindt hier een rijke biodiversiteit, met ooibossen, graslanden, rivierduinen en een variatie aan planten en vogels. Wie wel eens door de uiterwaarden struint, heeft zelf misschien de grutto of kievit wel eens gespot. De IJssel is ook een belangrijke ‘migratieroute’ voor vissen.
Bron van inspiratie
Veel wandelaars, fietsers en natuurliefhebbers genieten van de rust, ruimte en prachtige uitzichten in het IJsselgebied. De rivier is ook een bron van inspiratie voor kunstenaars, dichters en schrijvers. Zo schreef zangeres en dichteres Liselore Gerritsen er een prachtig lied over, schilderde Jan Voerman er landschappen en liet ook Jan Terlouw zich inspireren tot een gedicht. En neem de internationale tweejaarlijkse kunstroute IJsselbiënnale: hier komen tienduizenden bezoekers op af.


Bepalend voor de Hanzesteden
De IJssel is nog steeds een belangrijke waterweg voor handel en transport: zowel voor beroepsvaart als recreatieve vaart. Eeuwen terug was de rivier al bepalend voor de ontwikkeling van Hanzesteden als Deventer, Zutphen en Kampen. Ook vandaag trekken de aantrekkelijke historische binnensteden veel bezoekers.
Wat is nodig voor een toekomstbestendige IJssel?
De IJssel heeft meer ruimte nodig
De IJssel voert nu ongeveer 11 procent van het Rijnwater af naar het IJsselmeer: gemiddeld 400 kubieke meter per seconde. Dit helpt om de waterdruk op andere rivieren als de Waal-Merwedes en de Nederrijn-Lek te verminderen en het voeden van het IJsselmeer is cruciaal voor onze nationale zoetwatervoorziening.
De IJssel heeft niet veel verval en stroomt daardoor langzamer dan de Waal. Daardoor kan de IJssel niet snel grote hoeveelheden water afvoeren. Brede uiterwaarden en hoogwatergeulen zijn daarom nodig om overstromingen te voorkomen.

Eerder werden piekafvoeren al verlaagd met 15 – 25 centimeter tijdens het (eerste) programma Ruimte voor de Rivier (2006-2021). Zo kwam er bij Veessen-Wapenveld bijvoorbeeld een hoogwatergeul en zijn diverse dijken verlegd. Tot 2050 worden ook veel dijken langs de IJssel versterkt, via het Hoogwaterbeschermingsprogramma.
In 2050 krijgt de IJssel in piektijden veel meer water te verwerken dan nu. Piekafvoeren bij Lobith -waar de Rijn ons land instroomt – schatten we dan op 17.000 en in 2100 op ongeveer 18.000 kubieke meter per seconde. Een aanzienlijk deel van dat water moet via de IJssel afgevoerd kunnen worden.
Voor een toekomstbestendig riviersysteem is op de langere termijn méér nodig om de afvoercapaciteit te vergroten: rivierverruiming, onder meer door uiterwaardenverlaging, dijkverleggingen en nevengeulen. Ook kunnen we bestaande hoogwatergeulen nog beter laten werken. Ook zullen we op termijn de zogenoemde ‘flessenhalzen’ bij Deventer, Zutphen en Zwolle moeten aanpakken: hier vernauwt de IJssel zich. Lokaal moeten de waterstanden hier met 15 tot 25 centimeter omlaag.
Noodzakelijke maatregelen vragen ruimte. Die ruimte moeten we met het oog op de zeespiegelstijging en klimaatscenario’s zeer waarschijnlijk niet alleen buitendijks, maar ook binnendijks reserveren.
Voldoende blijven afvoeren in droge tijden
De IJssel is belangrijk voor de toevoer van water naar het IJsselmeer. Dit is ons grootste zoetwaterbergingsgebied en het voorziet Noord-Nederland van drinkwater en van water voor de landbouw en natuur. Komt er te weinig water in het IJsselmeer, dan dreigt ook verzilting: zout water dringt dan het land binnen vanuit de Noordzee omdat er onvoldoende zoetwater is om dit ‘terug te duwen’. Het is dus noodzakelijk dat de IJssel ook in de toenemende en langere droge periodes voldoende water kan blijven afvoeren naar het IJsselmeer (minimaal 285 kubieke meter per seconde).

Oplossingen kunnen zijn: versmalling van de Waal en verbreding van het zomerbed op de Boven-IJssel. We kunnen ook de verdeling van water in het splitsingenpuntengebied bij Pannerdensche Kop anders sturen, door aanpassing van het stuwbeheer bij Driel. Voor de langere termijn kijken we samen met Deltaprogramma Zoetwater onder meer naar aanpassingen van het grondwaterpeil.
Een herinrichting van de IJssel-Vechtdelta (de binnendelta tussen de IJssel, Overijsselse Vecht en Zwarte Water en het IJsselmeergebied met de randmeren Ketelmeer, Zwarte Meer en Bossemeer) en de versterking van de sponswerking van het regionale watersysteem zijn ook nodig om de IJssel en het IJsselmeer voor te bereiden op klimaatveranderingen zoals extremere droogte.
Uitslijting van de IJsselbodem helpt niet mee voor waterafvoer in droge tijden. Daarom is stoppen met zandwinning uit het zomerbed van de IJssel nodig, net als de aanleg van meer geulen en ophoging van de rivierbodem. Op de lange termijn kunnen we bochtafsnijdingen zoals die bij het Zwarte Schaar ongedaan maken, om de IJssel daar weer meer de natuurlijke loop te geven.
Verbinding tussen de hoofdgeul van de IJssel en (nieuwe) nevengeulen zorgt ervoor dat het IJsselgebied de effecten van klimaatverandering beter kan opvangen. Dit is óók goed voor verschillende soorten planten en dieren die goed gedijen bij wisselende waterstanden.
Rijn in ontwikkeling
Een blik op de Rijn als riviersysteem. Wat zijn de ontwikkelingen die richting geven aan keuzes voor de IJssel en het omliggende gebied.
Onze IJssel
Op OnzeIJssel.nl delen mensen en initiatieven hun liefde en zorg voor de IJssel. Een podium voor iedereen die zich inzet voor de rivier.
Vraag of suggestie?
Werkzaam aan de toekomst van de IJssel en een vraag? Neem contact op met onze riviertakcoördinatoren:
Robert Duzijn, r.duzijn@gelderland.nl
Erik Schumacher, e.schmacher@overijssel.nl