De Nederrijn-Lek: sleutelrivier voor
water naar het westen

Gemaal cruciaal voor de waterhuishouding van Randwijk aan de Nederrijn - foto: Peter Venema

Blik op de Nederrijn-Lek

De Nederrijn en Lek zijn al eeuwenlang van grote betekenis: als waterwegen voor scheepvaart, als bron van zoetwater en als rivieren die stad en landschap vormen. Tegelijk is dit een kwetsbare tak van de Rijn. Bij hoogwater moeten we de Lek ontzien om dichtbevolkte gebieden in de Randstad te beschermen. En in droge tijden is de Nederrijn-Lek belangrijk voor de aanvoer van zoetwater richting west- en midden-Nederland. Samen werken we aan een toekomstbestendige Nederrijn-Lek: veilig en leefbaar voor de bewoners van het het laaggelegen Midden Holland en veerkrachtig voor de natuur.

De Nederrijn en Lek in beeld

De Nederijn en Lek takken af van de Rijn bij het Pannerdensch Kanaal. De Nederrijn stroomt via Arnhem en Rhenen naar Wijk bij Duurstede, waar de rivier overgaat in de Lek. De Lek stroomt dan verder naar het westen en mondt bij Kinderdijk uit in de Nieuwe Maas, die via de Nieuwe Waterweg uitmondt in de Noordzee. Zo zijn de Nederrijn en Lek belangrijke schakels tussen het Rijngebied en de Randstad.

Eén of twee riviertakken?

Nederrijn en Lek zijn van oorsprong twee aparte riviertakken. Het water van de Nederrijn stroomde door wat we nu de Oude Rijn noemen via Utrecht naar Leiden en mondde bij Katwijk uit in zee. Deze monding is verzand en de Nederrijn takte aan op de Lek. De naam Nederrijn-Lek wordt vaak gebruikt in de waterwereld, om aan te geven dat de Nederrijn overgaat in de Lek: samen zijn ze dan één riviertak van de Rijn.

Hoogwater
Schaatsers op de Oude Rijn bij Pannerden - foto: Ivo Hutten

De Nederrijn en Lek in cijfers

  • 116 kilometer lang (de Nederrijn 54, de Lek 62 kilometer)

  • wisselt sterk in breedte (de Nederrijn is gemiddeld 80 meter breed, de Lek tussen de 180 en 330 meter)

  • wisselt qua diepte (de Nederrijn varieert tussen de 4,70 en 2,80 en de Lek heeft een diepte van 5,30 meter)

  • voert 15 procent van het Rijnwater af

  • heeft 15 duizend hectare aan uiterwaarden


Kracht en betekenis van de Nederrijn en Lek

Hoogwater
Stuw Nederrijn bij Driel zorgt voor de verdeling van het rijnwater over de IJssel en de Nederrijn-Lek - bron: Rijkswaterstaat

Belangrijk voor waterbeheer

De Nederrijn-Lek is belangrijk voor het waterbeheer van ons land. Niet alleen voert deze riviertak 15 procent van het Rijnwater af, Maar de Nederrijn-Lek speelt ook een rol in de aanvoer van zoetwater naar het laaggelegen Midden Holland en draagt bij aan tegendruk voor verzilting in de regio Rijnmond Drechtsteden.

Gecontroleerde waterwegen

Met hun stuwen en sluizen zijn de Nederrijn en Lek ‘gecontroleerde’ waterwegen. We kunnen het waterpeil goed regelen, wat belangrijk is voor de scheepvaart, waterveiligheid en de landbouw. Tijdens het (eerste) programma Ruimte voor de Rivier (2006-2021) zijn onder meer overloopgebieden aangelegd, om overstromingen te voorkomen en de natuurlijke dynamiek van de rivier te herstellen.

Hoogwater
Koeien in ondergelopen uiterwaarden Nederrijn - foto: Michael van Buuren

Inspirerend rivierenlandschap

Kenmerkend voor de Nederrijn is de scherpe overgang van de stuwwallen van de Veluwe en de Utrechtse Heuvelrug met de vrij afstromende Heelsumse en Renkumse beken en de Amerongse Bovenpolder naar het rivierdal met daarachter de stroomruggen en laaggelegen komgronden in Rivierenland.

De Lek stroomt hoog door het steeds verder dalende landschap van West-Nederland en heeft smalle uiterwaarden. In het gebied liggen oude dijken met lintbebouwing en oude steden dicht op de rivier. Langs de Nederrijn en Lek vind je ook grotere natuurgebieden, zoals de Rosandepolder bij Arnhem, de Blauwe Kamer bij Rhenen en de Zouweboezem bij Lexmond. Dit zijn belangrijke leefgebieden voor vogels, vissen en waterplanten.

Verbindingswegen voor binnenlandse scheepvaart

De Nederrijn-Lek is sinds de Romeinse tijd een belangrijke verbindingsroute en speelde een grote rol in de ontwikkeling van steden zoals Arnhem, Wageningen en Wijk bij Duurstede. De loop van de Nederrijn–Oude Rijn vormde destijds de noordgrens van het Romeinse Rijk, de zogeheten Limes. Ook tegenwoordig zijn de Nederrijn en Lek belangrijke (binnenvaart)scheepvaartroutes; zij verbinden de haven van Rotterdam met steden in het binnenland. De rivieren worden ook gebruikt voor energieopwekking, zoals bij de waterkrachtcentrale in Driel gebeurt.

Wat is nodig voor een toekomstbestendige Nederrijn-Lek?

Lek ontzien bij hoogwater

‘Lek ontzien’ is een bekend begrip in de waterwereld. Dit betekent dat we de waterafvoer naar de Lek bij hoogwater beperken om de druk op de dijken te verminderen en het risico op overstroming van dichtbevolkte en laaggelegen gebieden langs de Lek te beperken. Bij een doorbraak van de Lekdijk bestaat het risico op een ‘cascade-effect’ waarbij ook regionale waterkeringen (dijkring 14) kunnen bezwijken en grote delen van Midden Holland (tot aan Leiden) onderlopen.

Om de Lek te ontlasten moet bij de Hondsbroekse Pleij bij Westervoort relatief meer water naar de IJssel en minder naar de Nederrijn stromen. De afvoerverdeling bij de Pannerdensche Kop tussen de Waal en het Pannerdensch Kanaal is hierbij mede bepalend. Door rivierverruimende maatregelen in de bovenloop van de IJssel wordt extra water naar de IJssel geleid. Omdat de IJssel een groter verhang heeft, stroomt het water vanzelf het lagergelegen IJsseldal in.

Zoetwaterbeschikbaarheid bij laagwater

De Nederrijn-Lek is een gestuwde tak van de Rijn. De stuw bij Driel heeft een belangrijke functie als regelkraan voor de toevoer van water naar west Nederland. De stuwen zijn belemmerend voor de scheepvaart maar ze dragen ook bij aan de bevaarbaarheid van de Nederrijn door bij lage afvoeren het water op peil te houden. Door het stuwen van de Nederrijn-Lek is de natuurlijke rivierdynamiek grotendeels verdwenen. Natuurherstel in de beekdalen en in de uiterwaarden en de ontwikkeling van natuurinclusieve landbouw dragen bij aan de ontwikkeling van laagdynamische riviernatuur. De natuurlijke gradiënten van de stuwwallen naar het rivierdal bieden kansen voor herstel van biodiversiteit.

De aanvoer van zoetwater door de Lek draagt bij aan het tegengaan van de verzilting in het gebied Rijnmond-Drechtsteden die effect kan hebben tot aan Gouda in midden Holland. Zoetwateraanvoer vanuit de Nederrijn-Lek is ook cruciaal voor de vernatting van laagveengebieden in West-Nederland. Dit is nodig om de productie van broeikasgassen te verminderen en om bodemdaling tegen te gaan.

Rijn in ontwikkeling

Een blik op de Rijn als riviersysteem. Wat zijn de ontwikkelingen die richting geven aan keuzes voor de Nederijn-Lek en het omliggende gebied.

Vraag of suggestie?

Werkzaam aan de toekomst van de Nederrijn-Lek en een vraag? Neem contact op met onze riviertakcoördinator:

Jacco Rodenburg
"De Nederrijn-Lek is een rivier van contrasten. Deze oude hoofdloop van de Rijn is uitgesleten in de stuwwallen van Veluwe en Utrechtse Heuvelrug, met een scherpe overgang naar het oneindig laagland van het Rivierengebied, Een door regelwerken en stuwen getemde rivier, ontdaan van haar natuurlijke dynamiek. Richting het westen stroomt de Lek hoog door dalende laagveengebieden. De noodzaak om de Lek te ontzien door haar afvoer te beperken, illustreert de grenzen van de maakbaarheid van het riviersysteem.”

Neem contact op: j.rodenburg1@gelderland.nl